Aanzit in winterse sferen – Deel 2 – Slot

Omstreeks 18.15 uur weer aanloop

Er verscheen een reebok ten tonele met een bastgewei tot oorhoogte. Toen de bok een tijdje van de lokmais had staan snoepen, zag ik dat vermoedelijk dezelfde reegeit (als voordien) weer terug kwam. Maar…….. nu gevolg door twee reekalfjes. Een van de kalfjes was geïnteresseerd in de bok en liep rechtstreeks naar hem toe om aan zijn snuit te snuffelen. Mogelijk ter herkenning van zijn of haar vader!?

Deze dieren hebben een hele tijd op de lokvoerplaats lopen snoepen. Feitelijk overbodig om hierbij op te merken dat aanblik van wild voor iedere natuurvorser de belevingswaarde verhoogd, toch? Dan vergeet men tijdens de lange aanzit -op een houten bankje- een pijntje hier en opkomende krampverschijnselen daar!

Reebok in winterhaar heeft bastgeweitje tot oor-hoogte opgezet – Foto: ©Ton Heekelaar

Dempende werking

Na verloop van enige tijd is eerst de bok geleidelijk van de lokvoerplaats verdwenen. Ik zag dat de bok onder het aangrenzende hoge grove-dennenbestand zich de knoppen en jonge uitlopers van de blauwe bosbesstruiken, goed liet smaken. Vervolgens is ook de geit met beide kalfjes verdwenen. Hierna was het een hele tijd rustig op het toneel. Letterlijk en figuurlijk omdat sneeuw een positief dempende werking heeft op (rand) verschijnselen van het storende verkeerslawaai snelweg.

Reegeit (links voor) met twee sterke kalveren – Foto: ©Ton Heekelaar

Plotseling omstreeks 19.20 uur

Ontwaarde ik uiterst links van mijn aanzit een donkere schim, ik schrok van deze al dan niet vermeende donkere schim in de jonge bosopslag. Of… was het verbeelding, gelijk: “De wens is de vader van de gedachte”, terwijl dat gezegde in de regel alle rationaliteit te boven gaat!

Ter bevestiging toch maar heel behoedzaam mijn verrekijker in stelling gebracht. Dat super mechaniek van Zeis met de vergroting 8×42.B bracht uitkomst. Nu zag ik met 100% zekerheid -duidelijk- de contouren van één wildzwijn. Met de bekende voorzichtigheid en via een omtrekkende beweging door de jonge bosopslag verscheen -via dezelfde wissel als het reewild- een wildzwijn op de lokvoerplaats.

In de regel is de eerste indruk bepalend met wat voorn soort zwijn men van doen heeft. Zonder maanschijnsel gaf de besneeuwde bosgrond voldoende lichtreflectie om het dier zonder high-tech (infrarood apparatuur) toch zorgvuldig en verantwoord met mijn verrekijker te kunnen aanspreken.

Een forse manlijke overloper stond niet op het lijstje om uit het bestand te worden weggenomen – Foto:©Ton Heekelaar

Forse overloper

Ik zag op een afstand van circa 30 meter van mijn aanzit verwijderd, een hoog op de lopers staand zwijn – met een dunne staart – die van de lokmais stond te snoepen. Deze kenmerken zijn in de regel inherent aan een relatief jong zwijn. In dit geval een forse overloper van circa 21 maanden oud. Hierbij is het mij gegeven dat na circa 54-jaar praktijkervaring, aanloop van een zwijn alleen, in de regel voor 95% zekerheid, een manlijk exemplaar betreft! Dus (helaas) niet bejaagbaar voor mij anders als uitsluitend biggen, aldus de verordening van mijn vriend!

Vanwege de concentratie tijdens de tussenpozen met aanblik van wild, was de tijd inmiddels omgevlogen.  Na meer dan een half uur zag ik – omstreeks 20.00 uur – dat het zwijn aanstalten maakte om te vertrekken, door eerst een eindje van de lokvoerplaats weg te lopen om vervolgens weer terug te keren. Direct gevolgd door definitief te vertrekken.

Mooie prent afdruk wild zwijn in de sneeuw. Let op: ongelijke hoefjes en schuine streepjes achter de hoefjes. Dit in tegenstelling tot roodwild – Foto: ©Ton Heekelaar

Omstreeks 20.05 uur

De oorzaak dat het zwijn vertrok, was wellicht het gevolg dat dezelfde reebok en reegeit (van voordien) weer acte de préséance gaven. Hieruit blijkt de gevoeligheid en het op de hoede zijn van het grofwild in het algemeen, doch een zwijn alleen in het bijzonder. Een krakend takje of knisperende sneeuw door de hoefjes van het in aantocht zijnde reewild naar de lokvoerplaats is wellicht het gevolg geweest waarop het zwijn eieren voor zijn geld koos. Dus het grofwild neemt zelfs bij vermeende onraad: geen enkel risico door terstond de “kuierlatten” te nemen!!! Derhalve luidt mijn stelling: dankzij de uitstekend ontwikkelde zintuigen van gehoor en reukvermogen grofwild, anders waren deze dieren allang door de mens uitgeroeid!

Omstreeks 20.20 uur heisa in het bos

Als voormalig beroepswoudloper heb ik in een natuurgebied niet alles onder controle. Zoals toen plotseling de reegeit, gevolgd door de bok, zenuwachtig op de lokvoerplaats heen en weer begonnen te dribbelen. Het reewild had zelfs geen interesse meer in de overheerlijke uitgestrooide lokmais. Dan is er wat aan de hand! Dat moge blijken omdat de reegeit begon te blaffen. Direct hierna afsprong, gevolgd door de reebok. Het schelden ging onder het oude grove dennenbestand nog een tijdje door waarbij de bok zich ook niet onbetuigd liet.

Wat bleek hiervan de oorzaak? VERWAAIING: dan is iedere jager en… natuurfotograaf geklopt wegens OVERMACHT. Dus kennelijk is de windrichting tijdens mijn ongeveer vier-uur durende aanzit vrij plotseling gedraaid/veranderd. Ondanks dat het reewild geen mens zag of hoorde, hebben zij wegens “foute lucht” toch “eieren voor hun geld gekozen” door ijlings het hazenpad te kiezen.

Fijne belevingswaarde in winterse-sferen gehuld landgoed – Foto: ©Ton Heekelaar

Tot slot…

Dus bleef er voor deze oude woudloper niets ander over om het wildbeheer voor die avond voor gezien te houden. Desondanks, heb ik al slippend en gelukkig zonder schade aan mijn bolide, met een fijne belevingswaarde – omstreeks 20.40 uur – het in “Winterse Sferen” gehulde natuurgebied verlaten.

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.de-veluwenaar.nl/2019/02/02/aanzit-in-winterse-sferen-deel-2-slot/