Gijs van Ginkel(1930-1994) alias “Valleischut” – Deel 10

DSCN9838-1-225x300

Gijs van Ginkel(1930-1994)

Zo vader zo zoon

Naar aanleiding van de verhalen die op het weblog gepubliceerd worden over mijn vader Gijs van Ginkel(1930-1994), wil ik graag een kort verhaaltje – wat ik samen met hem beleefde – vertellen.  Wij zelf jagen niet maar gaan wel altijd mee om te drijven.

Nu gaan Bert en ik al jaren mee en sinds twee jaar mijn zoon Guido ook weer. We gaan altijd mee op de jachtvelden waar onze vader jachtopzichter was. De landerijen rond Scherpenzeel waar de Familie van Beuningen de jachtrechten hebben.

1 - DSCN7078

Huis Kernhem bij Ede – Foto: ©Fransien Fraanje

Met de fret naar Kernhem

Thuis hadden we altijd fretten voor de jacht. Nu wil elke jongen van een jaar of 14 ( 1982 ongeveer) wel wat bij verdienen. Er was nog een jager uit Scherpenzeel die mocht jagen op het landgoed Kerhem bij Ede. Het is daar nu helemaal volgebouwd. Waar nu de Doesburgerdijk is waren allemaal mooie houtwalletjes met veel konijnen.
Ik werd gevraagd om mee te gaan met de fret (Keesje) genaamd. We gingen dan met vier jagers en ik met de fret. We gingen zo de talrijke konijnenholletjes af. Heel wat zaterdagen heb ik zo door gebracht.

IMG-20151231-WA0003 (1)

Henk van Beek (links) en mijn vader Gijs van Ginkel met het tableau konijnen – Foto: ©Gert-Jan van Ginkel

Lichtbak

Ook gingen we wel met de lichtbak op jacht. Deze maakte mijn broer Bert van een oude auto koplamp, daar omheen plaatste hij een kap. Die zaagde hij uit een oude zwarte kolenkit. De accu was van een motor of auto en zat in een oud munitietasje van het leger om hem zo te dragen.Het werkte perfect.

 

DSC_4567 - kopie

Gijs van Ginkel met zijn fret in de tuin achter het huis – Foto: ©Archief Van Ginkel

Onder de grond

Na afloop kreeg ik van elke jager vijf gulden en mocht ik ook nog een konijn mee nemen. Zo gaat de hobby met een baantje samen wie wil dat nu niet.Onze fretten waren heel trouw. we hadden een mannetje en een vrouwtje.
Soms bleven ze wat langer onder de grond, maar ze zijn altijd teruggekomen. Het langst was na drie dagen. We denken dat hij toen een konijn gevangen heeft en deze op zijn gemakje heeft opgepeuzeld en toen is gaan slapen.
We hebben zijn kistje waar die altijd in zat er bij gezet en na drie dagen was Keesje er weer.

Tekst: ©Gert-Jan van Ginkel

Lees ook: Gijs van Ginkel(1930-1994) alias “Valleischut” – Deel 11

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.de-veluwenaar.nl/2016/03/17/24625/