Ede is helemaal niet duurzaam bezig met het warmtenet

Leffert Oldenkamp Portretfoto Copyright Louis Fraanje

Leffert Oldenkamp

Biomassa werkt averechts bij het streven om klimaatneutraal te worden

In ‘De Gelderlander’ van 29 januari kreeg het warmtenet in Ede de kans enkele misvattingen over de duurzaamheid van  bio-energie te etaleren. Het is tijd die recht te zetten.

Uitstoot erger

Het belangrijkste argument tegen het opwekken van energie of van warmte met biomassa is het volgende: biomassa en een reeks fossiele brandstoffen hebben gemeen dat ze uit planten of dieren afkomstig zijn en koolstofhoudend zijn. Ze stoten dus CO2 uit bij verbranden.

Niet allemaal evenveel, want tijdens de vorming van fossiele stoffen is al een deel van de koolstof als CO2 ontsnapt. Daarom stoot aardgas globaal drie maal zo weinig uit als verse biomassa. Dat geldt dus voor alle vormen van biomassa: hout, koolzaadolie, algen, riet, zaagsel, biogas et cetera. De uitstoot wordt ook nog eens erger als er allerlei energie vergende bewerkingen nodig zijn, zoals hakselmachines, droogmakers, transport, vloeibare brandstof uit houtsnippers. De CO2-moleculen, die afkomstig zijn uit verschillende brandstoffen, zijn volkomen identiek.

Bio-energiecentrale "De Vallei" in Ede - Foto: ©Louis Fraanje

Bio-energiecentrale “De Vallei” in Ede – Foto: ©Louis Fraanje

Onnodig verbranden

Door voorstanders van biomassa als energiebron wordt beweerd dat de met biomassa uitgestoten CO2 weer door bomen of andere gewassen wordt opgenomen in een circulair systeem. Maar er zitten al ruim voldoende moleculen in de atmosfeer om die groei te bewerkstelligen. Het is dus niet nodig om biomassa te verbranden voor nieuwe groei van planten en bomen. Integendeel, juist door de al in de lucht aanwezige CO2 te benutten voor (extra) plantengroei wordt het klimaatprobleem tenminste niet verergerd. Dus is het zaak om de CO2 zo lang mogelijk in de biomassa te laten zitten.

Dat kan met een duurzame toepassing ervan (producten van hout en van vezels uit hout en van andere plantenresten). Energie kan dan vooralsnog beter uit aardgas (blijven) komen. Ook dat levert geen groene stroom of duurzame warmte, maar er ontstaat een veel geringere uitstoot.

Restmateriaal kan beter in het bos achterblijven voor behoud van bodemvruchtbaarheid- Foto: ©Louis Fraanje

Restmateriaal kan beter in het bos achterblijven voor behoud van bodemvruchtbaarheid- Foto: ©Louis Fraanje

Bodemvruchtbaarheid

De afvalproducten die Ede voor het warmtenet gebruikt (prunushout, maaisel, resthout) behoren tot bovengenoemde biomassastoffen en stoten derhalve ook meer CO2 uit per opgewekte eenheid warmte dan aardgas. Bovendien kan een deel van het restmateriaal beter in het bos achterblijven voor behoud van bodemvruchtbaarheid. Restmaterialen uit de landbouw en uit natuurterreinen kunnen in de circulaire economie ook voor duurzame toepassingen worden ingezet.

De gemeente Ede blijft ongetwijfeld met een behoorlijke hoeveelheid plantenafval zitten. Het verbranden daarvan betekent dat je van dat probleem af bent. Maar het veroorzaakt onnodige extra uitstoot en het is dus niet duurzaam. Het werkt ook averechts bij het streven om klimaatneutraal te worden.

Tekst: ©Leffert Oldenkamp,bosbouwkundige, Wageningen

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.de-veluwenaar.nl/2019/02/21/ede-is-helemaal-niet-duurzaam-bezig-met-het-warmtenet/