Het legendarische hert “Hubertus” – Deel 116

Na enkele jaren weer eens ‘oog in oog’ met Hubertus

Missen doe je een hert, wanneer je pogingen onderneemt het dier op te sporen en het dan telkens misloopt, ook al weet je aan de hand van sporen dat het ergens in de buurt is. Missen doe je een hert ook, wanneer de meneer in kwestie Hubertus heet en je al bijna twee jaar lang deze eigenheimer onder de Hoge Veluwe-herten niet meer in levende lijve gezien hebt.

Doordat ondergetekende eigenheimer onder de Hoge-Veluwebezoekers de eerste maanden van het jaar meer dan anders gekweld werd door fysieke ongemakken kwam het er pas afgelopen zondag 17 juni van een poging te wagen culthert Hubertus op te sporen.

Om kwart over acht ’s ochtends was Hubertus op de bladakker aan het laveien – Foto: ©Yvonne Arentzen

Om kwart over acht ’s ochtends was Hubertus op de bladakker aan het laveien – Foto: ©Yvonne Arentzen

Mijn gekkigheid

Alsof Hubertus voelde, dat hij een mede-eigenheimer wel eens een hart onder de riem zou kunnen steken, was hij nadrukkelijk aanwezig op de bekende bladakker langs de Kronkelweg. Natuurlijk was ik hem van pure blijdschap het liefst meteen om de hals gevlogen, maar of dat nou zo’n geslaagd idee was… En waarom zou ik Hubertus met mijn gekkigheid storen tijdens zijn eikenbladerenontbijt?

Bijna een half uur stond ik met boemerdeboemend hart op gepaste afstand zielsgelukkig te zijn bij het hert der herten, toen ik zag, dat hij begon te boonselen. Dat was het teken, dat het eind van zijn ontbijt nabij was. En jawel, statig stapte Hubertus tussen de eikjes door en zocht een vlak plekje op alvorens zich neer te doen.

Statig verliet Hubertus de bladakker – Foto: ©Yvonne Arentzen

Statig verliet Hubertus de bladakker – Foto: ©Yvonne Arentzen

Zie ik daar iets van verbazing in zijn oog? – Foto: ©Yvonne Arentzen

Zie ik daar iets van verbazing in zijn oog? – Foto: ©Yvonne Arentzen

Rustpauze

Omdat hij niet ver van het pad af was gaan zitten, besloot ik de Kronkelweg te verlaten en hem via het zandpad te benaderen. Dat deden nog een paar fotografen. Een van hen voelde zich geroepen breeduit zijn ‘deskundigheid’ te etaleren: ‘Binnen een half uur staat-ie weer op’. Dat edelherten doorgaans langer de tijd nemen om wat te dommelen en te herkauwen was die meneer klaarblijkelijk nog nooit opgevallen.

Gelukkig voor mij duurde Hubertus’ rustpauze iedereen te lang. Op één na zocht iedereen zijn (voorlopige) verdwijnpunt. Ik genoot in stilte van dat wonderbaarlijk onverstoorbare hert, dat altijd zijn eigen plan trekt. Daarin voel ik toch wel een zekere verwantschap met hem. En daardoor is Hubertus zo’n speciaal hert voor mij. Ach ja, eigenheimers…

Altijd alert – Foto: ©Yvonne Arentzen

Altijd alert – Foto: ©Yvonne Arentzen

Kanonnengebulder

Toen ik een uur helemaal in de bonen min of meer wortel had staan schieten op zo’n vijftien meter afstand van Hubertus, stond hij op. Hij rekte zich deze keer niet op de voor hem zo kenmerkende manier uit. Wel keek hij even in de richting van de dikdoenerige man, die aan het begin van het zandpad zijn ‘deskundigheid’ botvierde op een korte fotocursus voor een vrouw met een camera. Ondanks mijn tinnitus kreeg ik er het een en ander van mee; Hubertus moesten de termen autofocus, diafragma, iso-waarden en zo meer als kanonnengebulder in de oren klinken. Hij keek mij aan.

Daarna zocht hij zijn heil tussen de Amerikaanse eikjes. Die stonden er aan deze kant van het pad niet zo heel veel, maar kennelijk waren ze smakelijk genoeg om ervan te eten

Op het ontbijt volgt…

Op het ontbijt volgt… de brunch,

… zullen we maar zeggen – Foto's: ©Yvonne Arentzen

…  zullen we maar zeggen – Foto’s: ©Yvonne Arentzen

 

 

 

 

 

 

 

Kippenvel

Al etend kwam Hubertus dichterbij. De afstand werd steeds kleiner. Ik besloot te blijven staan, waar ik stond. Hooguit vijf meters waren het, die Hubertus en mij van elkaar scheidden. Zo dichtbij elkaar waren we niet eerder geweest. Ik kreeg er kippenvel van. Als hij kwaad in de zin had gehad, had hij mij bij wijze van spreken een flinke draai om de oren kunnen geven. Hij hield even in, krabde zich achter het oor en luisterde, terwijl ik ontroerd zijn naam noemde. Ik fantaseerde in een flits wat hij had kunnen denken: ‘Jij ziet er nu dan wel iets anders uit, maar ik weet wel wie je bent. Jij hebt me destijds de Hertjesweg over geholpen.’

‘Ik weet wel wie je bent’ – Foto: ©Yvonne Arentzen

‘Ik weet wel wie je bent’ – Foto: ©Yvonne Arentzen

Wat een kanjer! – Foto: ©Yvonne Arentzen

Wat een kanjer! – Foto: ©Yvonne Arentzen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tenslotte…

Aan de andere kant van het pad stapte hij de bladakker op. Tussen de eikjes staand keek hij me recht in de ogen. Als ik een hinde was geweest met menselijke trekjes, had ik spontaan vlinders in mijn buik gekregen. Vervolgens won Hubertus’ eetlust het van zijn aandacht voor mij. Het was mooi zo.

Lees ook: Het legendarische hert “Hubertus” – Deel 117

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.de-veluwenaar.nl/2018/06/22/het-legendarische-hert-hubertus-deel-116/