Zuidelijk Flevoland 50 jaar droog

Niemand krijgt in de polder, na 50 jaar, nog het gevoel op de zeebodem te rijden

Het is bijna vijftig jaar geleden dat de polder Zuidelijk Flevoland droog viel. Met collega’s van drukkerij Callenbach in Nijkerk volgden we de werkzaamheden op de voet. Zodoende heb ik de drooglegging van de polder van nabij meegemaakt en daar toen ook wat foto’s van gemaakt. Gerrit Wielinga had een zeiljacht en zo konden we het werk op het water van nabij meemaken.

Bijna vijftig jaar geleden, in mei 1968, viel de polder Zuidelijk Flevoland droog. Met de zelfontspanner op de camera is toen een foto van de familie De Graaff gemaakt. De bloeiende moerasandijvie stond er al een jaar eerder. De kinderen: Conny, Dick en René zijn inmiddels de vijftig al gepasseerd en ik rook al vele jaren niet meer – Foto: Gerrit de Graaff

Vreemd gezicht

Het begon met het bouwen van de dijken en later het wegpompen van het water. Vier grote dieselmotoren in het gemaal ‘De Blocq van Kuffeler’, op de Oostvaardersdijk, draaiden dag en nacht en negen maanden later was het water weg. Voor de Nijkerkers was het wel en wee van de grote watervlakte in de directe omgeving voorgoed voorbij. In mei 1968 was het water grotendeels weg en werd de polder droog verklaard. Het was een vreemd gezicht: 44.000 hectare modder. Naast vliegtuigwrakken en scheepswrakken werden ook boomstronken zichtbaar. Het was gevaarlijk om in de nieuwe polder in te lopen, want vooral in de eerste honderd meter kon je zomaar tot je knieën wegzakken in de vette klei.

In de oorlogsjaren stortte een B-17 bommenwerper in het IJsselmeer bij Nijkerk. Collega Evert van den Brink bekijkt de brokstukken – Foto: Gerrit de Graaff

Vliegtuigwrak

Met collega’s van drukkerij Callenbach struinde ik in die jaren met planken onder de laarzen over de drassige zeebodem op zoek naar kienhout. Ongeveer vierhonderd honderd meter uit de kust bij Nijkerk lag een vliegtuigwrak, Het waren de resten van een viermotorige B-17 bommenwerper uit de Tweede Wereldoorlog. Het vliegtuig lag daar in stukken en brokken, gedeeltelijk onder het zand. Duidelijk zichtbaar waren de vier zogenaamde stermotoren, de propellers en de banden. Om het luchtdoelgeschut van de Duitsers zoveel mogelijk te ontwijken, volgden de geallieerde vliegtuigen, op hun tocht van Engeland naar Duitsland en omgekeerd, bij voorkeur een route over het IJsselmeer. Niettemin is toch een aantal vliegtuigen geraakt en in zee gestort.

Ook Gerrit Wielinga, met wie we vele malen op het IJsselmeer hadden gevaren, was geïnteresseerd in de motoren van de B-17 – Foto: Gerrit de Graaff

B-17 Bommenwerper

Jaren later bezochten we, tijdens een tocht door de Verenigde Staten, een vliegtuigmuseum bij Tucson in de staat Arizona. In een grote hangaar staat zowaar één van de weinige gave B-17 bommenwerpers te pronken. Nu konden we het beroemde vliegtuig bewonderen, waarvan er in de oorlog dagelijks honderden overkwamen om de steden in Duitsland te bombarderen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn 13.000 B-17 bommenwerpers gemaakt. Slechts enkele exemplaren zijn daar nog van over.

De goed bewaarde, viermotorige B-17 bommenwerper in het Pima Air & Space Museum bij Tucson in de staat Arizona in de V.S. – Foto: Gerrit de Graaff

De zeebodem

Als ik vanuit de Gelderse Vallei via Nijkerk door de polder Zuidelijk Flevoland naar Almere of Zeewolde ga heb ik jarenlang het gevoel gehad dat ik over de zeebodem reed, maar dat gevoel is door de jaren heen helemaal verdwenen. Overal zijn boerderijen, akkers, bossen en veel grote windmolens. Vooral voor jonge mensen lijkt het alsof het altijd zo geweest is. Als je in Almere loopt, heb je geen idee dat je een meter of vijf onder de zeespiegel bent. De herinnering aan het vroegere IJsselmeer speelt tegenwoordig geen rol meer. Alleen wat oudere mensen, daar hoor ik zelf ook een beetje bij, weten nog van de hoge golven die bij een storm, beukten op de dijk van het IJsselmeer bij Nijkerk.

De vele toeristen die ons land bezoeken, zoals Japanners, worden tijdens een bustocht door Zuidelijk Flevoland attent gemaakt op het feit dat ze op de zeebodem rijden. Met enige verbazing en ontzag kijken ze naar de boerderijen en de bedrijven die bij een eventuele dijkbreuk, onder water komen te staan.

Unieke documentaire

Aan de presentatie over de ruim 700 jaar oude polder Arkemheen bij Nijkerk en de drooglegging van Zuidelijk Flevoland is meer dan vijftig jaar gewerkt. Het is een levenswerk van Tiny en Gerrit de Graaff. Het hele verhaal wordt op dinsdag 30 mei 2017 vertoond op het grote scherm van Kulturhus de Essenburcht in Kootwijkerbroek. Aanvang 20.00 uur. Onkostenvergoeding € 5.-. Misschien wel tot ziens.

Ook gepubliceerd in de Barneveldse Krant – 2705-2017 – Aflevering 563

MORGEN – DINSDAG 30 MEI 2017 IN KOOTWIJKERBROEK!

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.de-veluwenaar.nl/2017/05/29/zuidelijk-flevoland-50-jaar-droog/