Kootwijk, een verdwijnende idylle?

Ik herinner me eens gelezen te hebben in een oud en heel gezellig boek, was het een volksalmanak of ’n verzameling predikantenmémoires, dat op een vrolijke en zonnige junimorgen de dominee van het eenzame heidorpje Kootwijk, achter de haag van z’n tuin bezig was gras te snijden voor zijn geiten. Ja, dat waren in die tijd vaak huisdieren bij de predikanten op het platteland. Of ze het dus erg breed hadden…? Maar misschien toch wel genoeglijk en niet dikwijls verontrust door problemen als in de tegenwoordige tijd.

Dominee vergat z’n preek

Dominee dan, sneed gras en telkens smeet hij een fikse handvol van het bedauwde frisse goedje in z’n rieten mand. Hij zuchtte stellig onder ’t gehurkt zitten en steunde, terwijl hij de tabakspijp tussen de lippen klemde. De gouden morgenzon stoofde z’n ietwat groene jas, de aarde geurde suggestief en het oude Romaanse kerkje stond daar achter de seringheg zo bekoorlijk en idyllisch, dat zelfs de meest nurkse mens een gevoel van behaaglijkheid zou krijgen als hij deze zonnige zomervrede zag.

a48 - kopie

Het oude Romaanse kerkje in Kootwijk. – Foto: Louis Fraanje

Het fijne torenklokje had juist negen uur geteld toen de dominee uit z’n gebogen houding opstond. De mand was vol genoeg en hij zou z’n geiten  een ruif vers gras voorzetten. ’t Rook warempel nog naar dauw, verheugend lekker!

Juist toen hij verder wilde gaan, doet een helder “goeje marrege, domenee” hem het hoofd snel omrukken. Statig in het zwart, de ouderwetse “hoge zije” op, kijkt een van zijn gemeenteleden hem in ’t gezicht. Dominee groet terug, ietwat verwonderd, met vragende ogen, als het ware in afwachting van nadere verklaring. Die nochtans uitblijft bij het glimlachende gezicht van de ander. En te meer rijst verwondering in de dominee, als hij op het kerkpad nog meer mensen ontwaart en ginds op de brink ook al – en allen in ’t zwart. De schrik slaat om z’n hart, en de pijp uit de mond nemend, informeert hij over de heg: “Zeg, Tijs, wat…  betekent dit. Wat is er aan de hand?” Deze antwoord: “Nou, nou domenee, nou mok toch um je lache,” en hij haalt ook de kromme pijp uit z’n mond en lacht met brede rode kaken. Wanneer, dichterbij gekomen, nog een paar boeren uit de omtrek over de haag poolshoogte genomen hebben, lachen ze hartelijk mee en zeg ’t er: “Wel domenee, ’t komp zeker deur ’t mooie weer. Jie het zeker ‘edocht, we zulle mer ’s een zondag overslaan….?” En weer lachen ze luidkeels, draaiend op hun hakken tegen hun dominee, die met z’n gevulde grasmand in de tuin staat. Ja, nu trekt er een glimlach om z’n goedige mond…..

Wat tot u lezer doorgedrongen is, werd ook de dominee duidelijk. Hij had absoluut vergeten dat het zijn werkdag was, dus zondag. ’t Spreekt voor zich, dat zijne eerwaarde ijlings in huis verdween, z’n klompen uitschoof en zich voor de dienst gereed maakte. Of er die ochtend nog wel eens heimelijk gelachen werd over de herder en leraar, weet ik niet, maar in elk geval werd er later wel smakelijk over gepraat. En zo leuk en tekenend gevonden, dat het in boek of blad bewaard werd.

Alle zomerdagen lijken op elkaar

Ik wil met dit eenvoudige aanloopje maar zeggen, dat in zo’n klein nest van een dorp, zoiets mogelijk is. En ook opgevat wordt, zoals het behoort, waar anders in de meeste dorpen of dorpjes het laster-vergif zeer goedkoop en altijd voorradig is. Leuk, die kalmpjes tuinierende dominee op zondag (denkt u eens even in, zo’n zalige zomerochtend) en leuk, de goedmoedige spot der boeren, die het begrijpen, omdat ze zichzelf ook wel eens vergist zullen hebben in datum, dag of uur. Want lijken hier in de wereld der zandverstuivingen niet alle zomerdagen op elkaar? En wat bekommeren ze zich in het algemeen over klok of kalender? Is de zon niet hun tijd en hun alles!

 

kootwijk03 - kopie

Een boerenerf in Kootwijk – Foto: Jac. Gazenbeek  (†)

Een dag vrijaf

Zo de moeder van hun land en moeder van hun oogst is? En klinkt niet elke morgen het licht even groen-goud over de bosrand van Buurlo en Deelen, slaan de vinken niet even couragieus elke ochtend, jubelen de lijsters niet elke schemering onvermoeid. Trappen de werkpaarden in de aanbrekende dag niet iedere keer ongeduldig en met doffe dreun in het stro van de stal. Tot ze straks begrijpen dat het een zondag is en ze een dag vrijaf hebben? Ja, maar overigens vindt elke dag hier in de vorige en in de volgende zijn evenbeeld.

 

Een kleurenfeest

In het vroege voorjaar, als de paarse seringen juist haar zware tuilen doen wiegen op de wind, als het jonge groen glanst en de rogge al golft is het een oase hier. Ook al vroeg in maart en in ’t begin van april, dan vliegen op een goeie morgen wilde perzikbomen in bloei en staan overal hun frêle, rose bloesemtakken als vlaggen in het land. Een kleurenfeest, een subtiele, maar toch machtige extase van kleurenschoonheid. Bij de eenvoudige bezembindershut, bij de “Beukenhorst” en ook langs de dorpsbrink staan ze en trillen in de windadem, omgonst door driftige bijen en brommende hommels.

 

Avondconcert

Wat een stil genot ook de grijze lenteavond op het primitieve kleine dorpsplein. Eigenlijk kun je van een plein niet spreken. Zonder pretentie is alles en zonder bepaalde begrenzing (vergeef me deze tautologie). Alles is hier gemoedelijk en vrij. De grote dorpspomp staat in het midden en rechts het oude kerkje met de stompe, rood bakstenen toren. Het geheel een teer en prachtig pastel.

Zacht daalt nu de avond en slechts weinig geruchten verinnigen de stilte. De spreeuwen die op de kerk en in de toren nestelen, geven een avondconcert in de hoge uitbottende kastanjes…. Schel uithalend joelen hun fluittonen om dan weer over te gaan in snel gesnater en geklepper. Zacht weerspiegelt het verre avondrood in de kleine ruiten der kerk, tot straks alle kleuren doven en een enkele grote ster in het zuid-westen begint te flonkeren.

kootwijk-01 - kopie

Hotel ‘Het Hilletje’ op de Brink in Kootwijk – Foto: Jac. Gazenbeek (†)

Stil

En ’s zomers, na een vermoeiende fietstocht kon je altijd zo leuk neerstrijken bij “’t Hilletje” , dat was een boerderij van de familie Blaupot ten Cate meen ik, hèt hotel van Kootwijk en ook het pension. Dat ook nog een dépendance had en wat gezellig was! Want er waren mensen, die net als ik, dit kostelijke Veluwse nest wisten te vinden en de natuur er hogelijk waardeerden. Ook een enkeling die het er niet kon uithouden. Door de stilte der barre zandverstuivingen, door de eenzaamheid der starende nachten, door de onzegbare melancholie der in zomer-regen verschimmende heide. Want ja, het is hier stil en dood-eenzaam. Voor geen auto immers te bereiken…..

En zal alles hier nu blijven, zoals het is? Ik vrees. Reeds is het “Hilletje” in z’n oude aantrekkelijke vorm verdwenen. Vorige zomer – misschien herinnert u het zich uit de krant – is het in vlammen opgegaan. Ja, dat was jammer en het zal niet alleen door mij betreurd zijn.

kootwijk02 - kopie

Oude schouw in ‘Het Hilletje’ – Foto: Jac. Gazenbeek (†)

Radio Kootwijk

Doch dit is niet het enige, ten zuid-oosten van het heidorp boren hoog in de lucht de geweldige stalen zuilen der radio antennes. Daar ligt het Radio-dorp met zijn witbetonnen gebouwen en z’n machinekamers. En toen dat ontstond, kwamen er wegen daar in de buurt, zelfs een zijspoorlijn.

Wat zal dat op den duur brengen voor Kootwijk? Ik weet het niet. Zal het nog verder wakker worden geschud uit de schone slaap, die het daar in de eenzaamheid slapen kan? Of liever zijn schone droom.

Ik vrees… Zal het getrokken worden in het net van harde wegen en in de greep vallen van civilisatie en “vooruitgang”?Hartgrondig hoop ik dat het lang van die zegeningen verschoond mag blijven. Want het is schandelijk, hoe weinig er in deze tijd van zoeken naar nieuwe kunstvormen, nieuwe stijlen: dus nieuwe schoonheid, hoe weinig zeg ik, er gegeven wordt om natuurschoon! Rijksregering noch stedelijke autoriteiten zijn op dat terrein waakzaam, om van de meeste particulieren maar niet te spreken. Het zijn alleen zo ongeveer de adelijke en andere grootgrondbezitters, die tonen oog en hart te bezitten, voor wat ze bezitten! Begrijpt u me? In kasteelparken en grote buitengoederen vonden we nog ongerepte natuur, waar niemand – gelukkig – aan komen kan. En waar de natuur buiten dat privaatbezit nog ongerept ligt, daar is ze in gevaar! In voortdurend, groot gevaar! Slechts enkele sympathieke verenigingen redden er stukken van met veel moeite, soms met veel kosten.

kootwijk04 - kopie

Oude schaapskooi bij Kootwijk – Foto: Jac. Gazenbeek (†)

 

002

Jac. Gazenbeek in 1926 – Foto: JGS

Zal het behouden blijven?

Nu is Kootwijk nog een idylle met z’n oude schaapskooien, zware stormdennen en prachtige waterputten. Met zijn seringenbosjes en achtergronden van dreigend schitterend stuifzand. Nog droomt het pastelrode torentje z’n eeuwenlange droom en komt er buiten de dokter of de brievenbesteller zo ongeveer nooit een vreemdeling. Of het zou een zwervend schilder moeten zijn, die hier vastgehouden wordt door de dreiging van heide of grillige stuifkop. Of een verdwaalde jager, die vermoeid wat te drinken vraagt. Overigens rust, vrede en schoonheid in eenvoudige pure vorm.

Zal er iets behouden blijven van de geest die er leefde in die tijd, waarvan ik in het begin sprak? Toen de goedige dominee de zondag vergeten had en in zijn zonnige tuintje tuinierde, gras sneed voor z’n geiten en alles zich in een zonnige zomerrust baadde.

Kootwijk , 1926    

Ook gepubliceerd in De Veluwenaar 18e jaargang – nr. 2 -april-2010

Om het artikel zo authentiek mogelijk te houden zijn de originele foto’s gebruikt en is getracht de tekst zoveel mogelijk in de originele spelling over te nemen.

—————————————————————————————————————————————————————-

 Aanbieding!        —       Alles weten over Jac. Gazenbeek en zijn Veluwe!        —         Aanbieding!    

omslag-jac-kleinJac.Gazenbeek en zijn Veluwe
Auteurs: Henri G. Kerkdijk en Louis Fraanje

Zo’n honderd pagina’s vertellen de lezer in woord en beeld over het leven van Jac. Gazenbeek en zijn betekenis voor de Veluwe. Jac. Gazenbeek was de strijder bij uitstek voor het behoud van de natuur en cultuur op de Veluwe. Met zijn boeken, vele honderden artikelen en tal van andere publicaties wees hij zijn lezers voortdurend op de unieke en waardevolle aspecten van de Veluwe.

 

Gebonden| 101 pagina’s | Geillustreerd | ISBN 9789074679091
Prijs € 9.95   Nu voor slechts: € 4,95  + verzend/portokosten: € 4,95

Als u 9,90 euro = bedrag 1 x boek = 4,95 + 4,95 euro (verzend/portokosten)overmaakt op ING-rekening: IBAN:NL54 INGB 0006 2612 71 ten name van de Jac. Gazenbeekstichting te Ede, met vermelding (1 x Boek Jac. Gazenbeek en zijn Veluwe) . Dan zal na ontvangst van uw betaling het boek worden toegezonden.

Stuur ook even een email met uw postadres naar: info@de-veluwenaar.nl

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.de-veluwenaar.nl/2014/08/12/kootwijk-een-verdwijnende-idylle/